Thuis in je Wijk: eerste successen in Kanaleneiland
25 november 2024
In het project Thuis in je Wijk werken Lister, de gemeente Utrecht, sociaal makelaarsorganisatie DOCK en andere organisaties samen om ervoor te zorgen dat iedereen zich welkom en thuis voelt in de wijk. In Kanaleneiland lukt die samenwerking bijzonder goed. Waar ligt dat aan? Een gesprek met 3 nauw betrokkenen: Yvonne (Lister en DOCK), Emilia (DOCK) en Lude (Lister). ‘De wederkerigheid is mooi, we hebben elkaar wat te bieden.’
Tijdens de fotosessie voor het interview doen Yvonne, Emilia en Lude meteen zaken á la Thuis in je Wijk. Lude, herstelcoach en kwartiermaker Zingeving bij Lister, zag bij een angstige cliënt thuis veel boeken, over een breed scala aan onderwerpen. Door de samenwerking vanuit Thuis in je Wijk kent ze Emilia van welzijnsorganisatie DOCK, en weet ze van haar maandelijkse filosofiebijeenkomst. Het is een laagdrempelige groep, echt iets voor deze man, denkt Lude. Ze vraagt of Emilia mee wil naar de man, om de drempel naar de filosofiegroep – en daarmee naar buiten – te verlagen. Het is een van de vele voorbeelden van hoe Thuis in je Wijk gesmeerd loopt in Kanaleneiland. Doordat je elkaar kent, krijg je steeds meer dingen voor elkaar, waardoor ook de meer kwetsbare mensen in de wijk zich er meer thuis gaan voelen.
Hulpvraag neemt toe
‘Als mensen zich verbonden voelen met hun wijk, voelen ze zich beter’, zegt Yvonne. Sinds december 2023 is ze samen met Emilia kwartiermaker voor Thuis in je Wijk in Kanaleneiland. Er wonen allerlei verschillende mensen, ook met een psychische kwetsbaarheid, een verleden in dakloosheid, niet-aangeboren hersenletsel of een verstandelijke beperking. Yvonne: ‘Ertoe doen, gezien worden en erbij horen is voor mensen van fundamenteel belang. Dat gaat niet altijd vanzelf en dan is er iets extra’s nodig.’
Zeker in wijken met veel sociale woningen, zoals Kanaleneiland, zeggen Yvonne, Emilia en Lude in de huiskamer van buurthuis Hart van Noord in Kanaleneiland. Yvonne: ‘De hulpvraag neemt toe, onder andere door vergrijzing en migratie.’ Emilia: ‘En door bezuinigingen op de 24-uursopvang. Die opvang moet in de wijk gaan gebeuren. Er komen veel meer mensen die gebruik gaan maken van voorzieningen in de buurt.’
Rijkdom aan organisaties
‘In Kanaleneiland is een rijkdom aan formele en informele organisaties en voorzieningen voor hulp en opvang’, zegt Yvonne. “Maar iedereen hield z’n zorg erg binnen de eigen organisatie. En cliënten vinden het spannend om buiten hun hulpverleningsorganisatie te stappen om naar bijvoorbeeld het buurthuis of het Huis van Vrede, een buurtcentrum en kerkgemeenschap in Kanaleneiland, te gaan. Wij kijken hoe we de wijk gaan toerusten op mensen met ander gedrag.’
Aansluiten op de behoefte
Met Thuis in je Wijk onderzoeken Lister, de gemeente Utrecht en andere organisaties in Overvecht, Utrecht Noordwest, Kanaleneiland en Leidsche Rijn hoe je mensen en organisaties in de wijk kunt helpen om een goede buur te zijn. Zoals het op de eigen webpagina staat: ‘Met Thuis in je Wijk zorgen we voor ondersteuningsaanbod en ontmoetingsplekken die aansluiten bij de behoefte van deze Utrechters. Ook bouwen we aan een gelijkwaardige samenwerking tussen (zorg)professionals, buurtwerkers, vrijwilligers en de betrokken inwoners.’ In Kanaleneiland lukt dat al bijzonder goed. Hoe krijgen ze dat voor elkaar?
Wijkwandeling was een eye-opener
‘We hebben elkaar leren kennen’, zegt Lude. ‘Alleen dat helpt al.’ Als om het te illustreren komt tijdens het interview een groep mensen de huiskamer van Hart van Noord binnen. Hans-Peter, de wijkgids, vertelt over het buurthuis. ‘De wijkwandeling’, zeggen ze alle drie met een warme glimlach. Buurtbewoners, nieuwkomers in de wijk, medewerkers van organisaties, hulpverleners met hun cliënt – allerlei mensen uit Kanaleneiland komen op deze rondleiding door de buurt af. Eén keer per maand is er vooraf een lunch met een introductie, waar mensen ook hun zorgen kunnen delen. Emilia: ‘De wijkwandeling werkt heel goed. Organisaties leren elkaar en elkaars aanbod kennen, ze leren bewonersgroepen kennen en vice versa. Daardoor maken ze eerder gebruik van elkaar.’ Alle Lister-medewerkers van gebiedsteam Zuid-West (Kanaleneiland) hebben de wijkwandeling gedaan. ‘Het was echt een eye-opener voor hoeveel er in de wijk is’, zegt Lude.
Aan de bak
‘Dat het samenwerken nu lukt, komt echt door Thuis in je Wijk’, zegt Yvonne. ‘35 partijen hebben een intentieverklaring getekend, dat betekent dat ook hun management erachter staat – dat helpt. Bovendien: bij veel partijen is het 10 voor 12. De bezuinigingen komen eraan, ze voelen dat ze echt aan de bak moeten met samenwerken in de wijk.’ Bij gebied Zuid-West zijn ze er al aardig aan gewend om over de schotten van organisaties heen te kijken en elkaar op te zoeken. Want het begon met gebiedsgericht werken tussen 4 Lister-locaties in dit gebied. Met Thuis in je Wijk gebeurt dit nu ook wijkgericht en met andere organisaties.
Dingen versterken die er al zijn
Bezuinigingen hebben de samenwerking aangejaagd, maar dat bracht ook positieve effecten. Lude: ‘De bedoeling is dat je elkaar helpt, ook al is iemand geen cliënt van jou. De volgende keer kan het wél om jouw cliënt gaan. Zo is onze sportmedewerker weggevallen. Laatst kwam ik een beweegmakelaar van Sport Utrecht tegen, waar ik meteen een afspraak mee heb gemaakt. Die kan onze cliënten beweegactiviteiten geven of ze ernaartoe leiden. En onze cliënten kwamen al in het Huis van Vrede, omdat het een heel welkome plek is. Wij kenden het nog niet, maar door de wijkwandeling wel. Nu neem ik cliënten er vaak mee naartoe voor een kop koffie. Zo versterk je dingen die er al zijn.’ Ook Emilia heeft zo’n voorbeeld: “Door Thuis in je Wijk hebben we Philadelphia leren kennen, dat mensen met een beperking ondersteunt om prettig te leven. Daar werken we nu mee samen. Wij hebben gezegd: jullie kunnen hier altijd terecht voor koffie, graag zelfs. Er zijn al een paar keer begeleiders van Philadelphia met één of een paar cliënten gekomen, en sommige cliënten komen nu zelf.’
Zonder samenwerking geen Diepgangslunch
Als kwartiermaker Zingeving komt Lude, op zoek naar organisaties, activiteiten en samenwerkingen om cliënten een zinvolle invulling van hun leven te kunnen bieden, steeds meer in contact met kerken en mensen. Daaruit is al de Diepgangslunch ontstaan. Lude: ‘We proberen te faciliteren dat mensen elkaar ontmoeten. De kerk zorgt voor de koekjes, DOCK voor de ruimte en de gespreksleiders, en ze werven bewoners. Wij als Lister doen de verdere organisatie en de inhoud. Zonder die samenwerking kan ik echt geen Diepgangslunch organiseren.’ En het werkt, zegt Yvonne: ‘Stapje voor stapje gaan mensen verbindingen aan.’
Met 5-0 voor door goed contact
Met z’n allen krijg je meer voor elkaar, merken ze duidelijk in Kanaleneiland. Doordat organisaties en personen elkaar steeds meer kennen, slaan ze de handen ineen, effenen ze paden en inspireren ze elkaar. Yvonne: ‘Ik heb veel contact met InteraktContour, dat mensen met hersenletsel zorg en ondersteuning biedt. Mijn contactpersoon Raimond werkt heel verfrissend: hij zegt altijd eerst ja op een verzoek. “Daarna kijken we wel hoe”, zegt hij dan. Dat is zó fijn. Hij zit op managementniveau, dus er kan ook echt wat gebeuren’” En Ludes contact met wijkpastor Titus wierp direct vruchten af. ‘Via het Buurtteam werd een man aangemeld. Ik had al gehoord dat hij weinig op had met vrouwen en hulpverleners. Toen ik hem opzocht deed hij de deur open en zei: “Hee, jij bent Lude. Titus heeft al over je verteld”. Ik stond ineens met 5-0 voor, in plaats van 10-0 achter omdat ik een vrouwelijke hulpverlener ben.’
Waardevolle kennisuitwisseling
Emilia vindt ook de kennisuitwisseling die door Thuis in je Wijk in Kanaleneiland is ontstaan heel waardevol. ‘Het is echt fijn dat we casuïstiekbesprekingen hebben en ook activiteiten als casuïstiek kunnen behandelen. Wij als welzijnsorganisatie weten niet of een bepaalde ruimte of activiteit te veel prikkels heeft voor een cliënt van Lister. Lister zelf weet dat natuurlijk wel.’ Op dinsdagochtend is in Hart van Noord, naast de koffieochtend, het inloopspreekuur. Dan zijn verschillende zorgorganisaties aanwezig en kunnen bewoners en organisaties van de wijk er terecht met vragen. Het is een structureel overleg geworden waar projecten, ideeën en zorgen worden gedeeld. ‘We hebben veel onderlinge uitwisseling’, zegt ook Yvonne. ‘En we krijgen een steeds beter beeld van wat er te doen is. De energie komt erin. We gaan ervan uit dat alles waar behoefte aan is, in de wijk aanwezig is. En anders lossen we het collectief met elkaar op. Zo hoeven we minder beroep te doen op de aanvullende zorg.’
Ze vertelt dat Marianne Post, Listers projectleider van Thuis in je Wijk, samen met de kwartiermakers uit de wijken een gemeenschappelijke routekaart aan het ontwikkelen is. Daarmee kun je met elkaar kijken waar iemand goed past. ‘Het is eigenlijk – met de kennis van vandaag – werken zoals het dorp van vroeger, waar mensen elkaar kennen en op elkaar kunnen terugvallen.’
Samenwerking borgen is belangrijk
Loopt Thuis in de Wijk alleen maar gesmeerd? Of zijn er verbeteringen mogelijk? Yvonne: ‘Het is belangrijk dat het niet aan één poppetje bij de ene organisatie en één poppetje bij de andere organisatie vast zit. Dan stort het in als zo’n poppetje weggaat.’ Lude ziet dat ook. ‘Dat is nog wel een kwetsbaar puntje.’ En: ‘Het vraagt tijd om bij mensen en organisaties langs te gaan, terwijl ik nog steeds dezelfde hoeveelheid cliëntafspraken heb. Ik doe het allemaal wel, en dat levert veel positiefs op.’ Yvonne: ‘En als je al die voorzieningen van de wijk goed gebruikt, gaat het minder tijd kosten.’ In het begin moet je alleen over die hobbel heen om het op gang te brengen.
We hebben elkaar wat te bieden
Alle drie zijn ze vooral enthousiast over Thuis in je Wijk. ‘Het is echt heel leuk én goed om elkaar te kennen en met elkaar te werken’, zegt Lude. ‘Bijvoorbeeld: kinderen pesten onze cliënten weleens. Ze doen anders en dat vinden kinderen vreemd. In het samenwerkingsoverleg van Lister-locaties in ons gebied zit iemand die een leraar op de buurtschool kent. Wij kunnen dan vragen: zullen we eens over mensen met een psychiatrische kwetsbaarheid komen vertellen? De wederkerigheid is mooi, we hebben elkaar wat te bieden: het is interessant lesmateriaal voor de school, het maakt de wijk vitaal en onze cliënten minder eng.’
Bewoners en cliënten hebben al positieve ervaringen
Het is nog te vroeg om te zeggen wat het effect van Thuis in je Wijk is op de bewoners van Kanaleneiland. Yvonne: ‘We zijn nog aan het kijken hoe we bewonersgroepen meer kunnen betrekken. We hebben ook contacten met de Vrijwilligerscentrale voor samenwerking. En we gaan praten met het Netwerk Informele Zorg, en met Meetellen, een onderzoeksbureau dat de stem van deze bewoners aan de gemeente en organisaties laat horen. Maar we merken al wel dat een behoorlijk aantal wijkbewoners en cliënten positieve ervaringen hebben door Thuis in je Wijk. In het halfjaar dat Emilia en ik als kwartiermaker hiermee bezig zijn, hebben we intensief genetwerkt, steeds Thuis in je Wijk uitgelegd en betrokkenheid gevraagd. Er ligt een goed fundament. Het wordt nu een organisch proces. Dit is een goed moment om te gaan verdiepen.’ Bijvoorbeeld met trainingen om verwachtingen van het management van organisaties in de wijk op elkaar af te stemmen. En tussen bijvoorbeeld woningcorporaties en ambulante begeleiding.
Thuis in je Wijk helpt normaliseren
Door samenwerkingen, welkome plekken en verbindende activiteiten wordt Kanaleneiland steeds meer een wijk waar iedereen zich thuis voelt. Lude: ‘Het helpt onze cliënten bij hun herstel. Basisdingen als gezien worden, verwelkomd worden, merken dat je ertoe doet, bij kunnen dragen – dat doet zoveel goed. Het normaliseert. Zo had ik een vrij heftige cliënt die wilde basketballen. Hij wilde bij een gewone basketbalclub in de buurt, niet een basketbalgroep van Lister. Zo geschiedde. Hij werd opgenomen in het geheel en ziet tegelijkertijd wat normaal gedrag is. En het leuke is: wij zien nieuwe facetten van onze cliënten die wij in een cliëntsetting helemaal niet zien. Of ze gaan elkáár ondersteunen met gesprekken, troost, advies.’ En dat is precies de bedoeling, zegt Yvonne: ‘Het is belangrijk dat cliënten een netwerk opbouwen. Met Thuis in je Wijk faciliteren wij in een veilige setting voor ontmoetingen en verbinding. Zo kunnen cliënten en andere mensen in de wijk groeien en kunnen wij, hulpverleners, ons richten op de hulpverlening die echt nodig is.’
De pilot van Thuis in je wijk loopt tot 2025. Met de ervaringen uit de pilotwijken maken de deelnemende organisaties een programma dat alle organisaties helpt om de gemeenschappen in de wijk te versterken.
Tekst: Berber Paarlberg
Beeld: Maartje Kuperus, Utrechts Archief.